Op Koningsdag zingen we weer het Wilhelmus. Maar waar komt dit lied eigenlijk vandaan? Een paar feitjes over ons volkslied:

  • Willem van Nassau (Wilhelmus dus) werd geboren op 24 april 1533 in Dillenburg, een plaats wat tegenwoordig in Duitsland ligt. Willem erfde het Prinsendom Oranje van zijn neef. Rond 1570 werd hij gezien als de leider van de vrijheidsstrijd tegen de Spaanse koning Filips II. Het lied is dan ook een soort eerbetoon aan Willem van Nassau.
  • Het Wilhelmus werd geschreven rond 1570 en staat in het Guinness Book of Records als het oudste volkslied ter wereld.
  • Veel mensen vermoeden dat Marnix van Sint Aldegone, een belangrijke raadgever van Willem van Oranje, de schrijver van het Wilhelmus is. Zeker weten doen ze dit niet.
  • Het Wilhelmus is pas sinds 1932 Nederlands officiële volkslied. Daarvoor bestond het als een opstandslied.
  • Het lied vertelt over het dilemma van Willem van Oranje: aan de ene kant wilde hij trouw blijven aan de Spaanse koning maar aan de andere kant wilde wil hij vrijheid voor de Nederlanders.
  • “Ben ik van Duitsen bloed”. Hé, Duits?? Nee hoor: de landgrenzen tussen Nederland en Duitsland waren in 1570 nog niet afgebakend, Duitsland bestond dus nog niet. Het woord “Duits” en ook wel “Diets” was een aanduiding voor wat nu “Nederlands” betekent. Het heeft dus niets te maken met de geboorteplaats van Willem.
  • Het Wilhelmus ging en gaat over de geest van vrijheid, tolerantie en onafhankelijk zijn. Ook toen al werden de Nederlanders zo omschreven.
  • We zingen meestal het eerste en zesde couplet van het Wilhelmus. Het hele lied heeft 15 coupletten. De eerste letters van de coupletten vormen de naam Willem van Nassov (a).

Tekst eerste couplet:

Wilhelmus van Nassouwe

ben ik, van Duitsen bloed,

den vaderland getrouwe

blijf ik tot in den dood.

Een Prinse van Oranje

ben ik, vrij, onverveerd,

den Koning van Hispanje

heb ik altijd geëerd